Wat is sharia?

Het woord sharia komt uit het Arabisch. Letterlijk vertaald betekent het de breedste weg naar een plaats om te drinken. De Sharia bestaat uit een aantal wetten uit de Koran en de Soenna. Dit zijn de twee belangrijkste bronnen in de Islam.

Sharia is het beste te omschrijven als de sociale afspiegeling van de Islam. De wetssystemen die wij tegenwoordig kennen bestaan uit twee verschillende dingen. Er is een grondwet en er zijn wetgevers die nieuwe regels in kunnen voeren.

Principes

Volgens de Islam zijn mensen te beperkt om echt te kunnen begrijpen wat het leven precies inhoudt. Daarom is het binnen de sharia zo dat er een aantal principes zijn die niet van invloed zijn op het ingrijpen door mensen.

Een van de principes waar de sharia om draait is het recht op leven. Omdat Allah de mens geschapen heeft, is hij degene die ons leert hoe we moeten leven. Niemand mag de rechten van een ander schenden.

Binnen de sharia draait het dan ook om mensenrechten. Hierbij gaat het om vrijheid van meningsuiting, recht op persoonlijk bezit, recht op leven, recht op voortplanting en het recht om een gezond leven te leiden.

Wetgeving

In de Koran staan 6200 verzen. 80 hiervan gaan over wetgeving. De eerste grondwet werd door de Profeet Mohammed opgesteld in overleg met de inwoners van Medina. Dit houdt in dat wanneer mensen zich aan de principes van de sharia houden, ze zichzelf kunnen besturen.

De sjaria is al meer dan 1000 jaar voor moslims de leidraad in hun leven wat wetgeving en ethiek betreft. Het begrip regel van de wet heeft in de Islam een dubbele betekenis. Het houdt in dat elke wet op iedereen van toepassing is.

Ook geldt binnen de Islam dat regelgevers gelijk zijn aan anderen. Dit houdt in dat ze niet oppermachtig zijn en ze mogen ook niet boven onveranderlijke principes staan. Dit zorgt ervoor dat de sharia een sterke basis heeft.

Toen de Profeet Mohammed nog leefde werd deze wetgeving ingevoerd. Er was een Joodse burger die een aanklacht tegen iemand indiende omdat die persoon zijn schild gestolen zou hebben. Omdat de Jood werd aangesproken met Jood en de verdachte met moslim gaf de verdachte aan dat dit niet volgens de wetten van de sharia was.